TeTech Constantijn Huygensstr 20 3601 SC Maarssen |
Tel: 0346 284004 Mail: info@tetech.nl |
De TeTech begrippenlijst Antennes en Propagatie Welkom op de begrippenpagina Antennes en Propagatie. INLEIDING Op deze pagina treft u diverse begrippen aan welke gerelateerd zijn aan antennes, propagatie en het EM-veld (voorzien van een korte uitleg). Deze lijst is niet bedoeld als studiemateriaal, doch als "oh ja!"-lijst (bijvoorbeeld bij het bestuderen van het TeTech cursusmateriaal). Is men reeds bekend met EM-velden, dan zijn er wellicht nog wat nieuwe dingen te vinden. Deze lijst wordt voortdurend uitgebreid en verbeterd, dus houdt hem in de gaten. De begrippen worden zowel in het Engels als Nederlands genoemd, zodat je verder kunt zoeken buiten het Nederlands taalgebied. Veel van deze begrippen worden behandeld of gebruikt in de cursussen van TeTech op het gebied van antennes, propagatie en interferentieberekeningen. Door gebruik te maken van de "CRTL+F" toetscombinatie in uw browser, kunt u gericht zoeken. Het is handig om het document in twee vensters te openen. Het tweede venster kunt u dan gebruiken om de verwijzingen naar andere gedeelten van het document te tonen. Er worden in deze lijst zowel Nederlandse als Engelse begrippen gebruikt. Indien u zoekt op Nederlandstalige begrippen, wordt aangeraden om zowel te zoeken op samengestelde woorden als los geschreven woorden (bijv: "propagatieconstante" en "propagatie constante"). Hoewel plaatjes aan deze lijst een positieve bijdrage kunnen leveren, is er voor gekozen om geen plaatjes toe te voegen. Deze lijst is daardoor snel en kan door praktisch iedere browser bekeken worden. Er wordt vanuit gegaan dat men enigszins bekend is met elektronica en begrippen welke te maken hebben met het magnetisch en elektrisch veld. Door de beperkingen met betrekking tot het gebruik van griekse letters, wordt gebruik gemaakt van namen om deze letters te beschrijven. Verspreiding van dit document is toegestaan, mits het doel niet commercieel is, het document ongewijzigd is, volledig is en de bron vermeld wordt. TeTech is niet aansprakelijk voor directe of indirecte schade welke voortvloeit uit het gebruik van enig gegeven uit dit document. Suggesties tot verbetering en aanvullingen zijn van harte welkom en kunnen verzonden worden naar info[at]tetech.nl. Copyright © 2001-2022, TeTech. Deze lijst is bijgewerkt op 20 december 2022 Organisaties Slechts enkele organisaties worden genoemd. Via hun sites kunt u bij diverse andere organisaties terechtkomen.
|
Diverse begrippen m.b.t namen, grootheden en eenheden XY = X tot de macht Y, sqrt()= de vierkantswortel uit wat tussen de haken staat, B = magnetische fluxdichtheid in Vs/m2, Tesla, c = golfvoortplantingsnelheid in een bepaald medium, in m/s c0 = lichtsnelheid in vacuüm in m/s (ong 3 *108 m/s), D = elektrische fluxdichtheid in As/m2, Dielectr.constant = Diëlectrische constante (eventueel relatief) in F/m, Epsilon0 = 8.854*10-12 F/m E = Electrische Veldsterkte in V/m, E = bestralingssterkte (irradiance) in W/m2 h = constante van Planck: 6.626*10-34 Js H = Magnetische Veldsterkte in A/m, I = stralingsintensiteit in W/sr Jy = Jansky = vermogensdichtheid van 10-26 W/m2 per Hz bandbreedte. k = golfgetal in rad/m = 2*pi/lambda, k = constante van boltzmann: 1.38*10-23 J/K Lambda = golflengte in meter, L = Radiantie van een oppervlak in W/sr/m2 m = meter, massa in kg, magnetisch moment in A*m2 M = Magnetische polarisatie (hoeveelheid magnetisch dipoolmoment per kubieke meter) in A/m (A*m2 / m3). M = stralingsemittantie (Radiant Exitance) van een oppervlak in W/m2 Magnet.perm = magnetische permeabilitiet in H/m, Mu0 = 4*pi*10-7 H/m = 1.2566*10-6 H/m n = brekingsindex, p = elektrisch dipoolmoment in Asm, P = vermogen in Watt, P = Elekrische Polarisatie (hoeveelheid elektrisch dipoolmoment per kubieke meter) in A*s/m2 (A*s*m/m3) q = lading van elektron (-1.6*10-19 A*s [C]), Let op: Vaak dient men het minteken niet mee te nemen. pi = 3.1415..., R = weerstand in Ohm, rho = specifieke weerstand in Ohm*m (specifieke geleiding = 1/rho) T = periodetijd in s, v = (voortplantings)snelheid in m/s, RX = indicatie dat men te maken heeft met de ontvangstzijde TX = indicatie dat men te maken heeft met de zenderzijde h1 = hoogte van zendantenne in m h2 = hoogte van ontvangstantenne in m r = afstand, of straal in m s = afstand in m VLF = Very Low Frequency (3-30kHz) LF = Low Frequency (30-300kHz) MF = Medium Frequency (0.3-3MHz) HF = High Frequency (3-30MHz) VHF = Very High Frequency (30-300MHz) UHF = Ultra High Frequency (300-3000MHz) SHF = Super High Frequency (3-30GHz) EHF = Extremely High Frequency (30GHz-300GHz) 1 Maxwell (Mx) komt overeen met een magn. flux van 10-8 V*s (Wb). 1 Gauss (Gs) komt overeen met een magn. fluxdichtheid van 10-4 Vs/m2. (Tesla) 1 Oersted (Oe) komt overeen met ongeveer 79,5775 A/m Er geldt: D=epsilon*E en B=mu*H De sterkte van het aardmagnetisch veld bedraagt in orde van 40 A/m. Enkele niet SI-eenheden (welke nog geregeld voorkomen): 1 Angstrom = 10-10 m 1 inch = 25.4mm (exact) 1 foot = 0.3048m = 12 inch (exact) 1 mil = 0.001 inch 1 zeemijl = 1852 m (=ongeveer gemiddelde lengte van één boogminuut, gemeten langs een meridiaan) 1 landmijl = 1609.344m (=statute mile, exact) 1 pound = 0.454kg 1 US gallon = 3.79*10-3 m3 (3.79 liter) 1 barrel = 42 US gallon = 0.159 m3 1 PK (Metric Horse Power) = 736 W 1 HP (Imperial, Mechanical Horse Power) = 746 W 1 kWh = 1000wH = 3.6MWs (3.6MJ) 1 BTU (British Thermal Unit) = 1055.06Ws (1055.06J). Enkele Opmerkingen over EM-velden om over na te denken:
Aanpassen, Aanpassing, To Match, Matching Aanpassen is het proces van toevoegen van spoelen, condensatoren of lijnstukken aan een netwerk of antenne, opdat een bron al zijn vermogen aan het netwerk of antenne kwijt kan. Anderzijds opdat de antenne of netwerk al zijn beschikbaar vermogen aan de belasting af kan geven. Adsorptie, Absorptie, Adsorption, Attenuation Adsorptie is de eigenschap dat een medium waar een golfverschijnsel doorheen gaat golfenergie absorbeert. Meestal wordt de geabsorbeerde energie omgezet in warmte. Het wordt meestal uitgedrukt in dB/m of dB/km. Adsorptie is sterk afhankelijk van het medium en de frequentie. Antenne Gain, Winst, Gain Antenne gain is de relatieve signaalwinst welke verkregen wordt met een bepaalde antenne ten opzichte van een bepaalde referentieantenne. Als referentieantenne wordt de dipool (index "d") of de isotrope straler gebruikt (index "i"). Antennegain is dimensieloos. Als symbool wordt Gi of Gd gebruikt. Veelal wordt dB notatie gebruikt en wordt de gain in dBd of dBi uitgedrukt. Meestal wordt de gain gespecificeerd voor die richting waarin de antenne maximale uitstraling heeft. Antenne Factor, Antenna Factor, Antenna E-field Factor, AFE De Antenne Factor (AFE) legt een verband tussen de elektrische veldsterkte van het ongestoorde EM veld en de door de antenne afgegeven spanning aan een bepaalde impedantie (meestal 50 Ohm). Er geldt: Antennehoogte, terreinhoogte, hoogte boven Zeeniveau, HAAT, Height above Mean Sea Level De Terreinhoogte is de hoogte van het terrein ten opzichte van het gemiddeld zeeniveau (MSL = Mean Sea Level). Deze kan zowel negatief als positief zijn. Antennerendement, Antenna Efficiency Het Antennerendement (eng: "Antenna Efficiency") is de verhouding tussen het uitgestraald vermogen en het voorwaarts vermogen (eventueel uitgedrukt in procenten). Een antenne met een antennerendement van 50% en 1W voorwaarts vermogen (eng: "Incident or Forward Power"), straalt met een vermogen van 0.5W. De overige 0.5W kan (deels) gereflecteerd worden of (deels) in warmte omgezet worden. Antenneruis, vereiste ontvangergevoeligheid, Antenna noise, required receiver sensitivity Een antenne produceert een zekere hoeveelheid ruis (zie ook "ruis, algemeen deel", "ruisgetal" en "Ruistemperatuur"). Het is commercieel en technisch gezien niet zinvol om een ontvanger onnodig gevoelig te maken. Indien de eigenruis van de ontvanger maar minder is dan de antenneruis, is het OK. Apertuurfunctie, Aperture Function Het stralingsdiagram van een antenne welke haaks op zijn oppervlak uitstraalt, wordt volledig bepaald door hoe de veldsterkte zeer dicht bij de antenne als functie van de plek op de antenne verloopt. Het veldsterkte verloop als functie van de plaats op de antenne, wordt de apertuurfunctie genoemd. Array's, Arrays Array's zijn meerdere gelijksoortige antennes welke gekoppeld zijn aan een bron of ontvanger. Door het koppelen van meerde antennes kan men gain maken en de RF energie een bepaalde richting in sturen. De gain is ongeveer recht evenredig met het aantal array-elementen. Dit houdt in dat als je de gain wenst te verdubbelen (verhoging met 3 dB), je het aantal elementen eveneens dient te verdubbelen. Als de elementen echter te dicht bij elkaar staan, is de gain minder AWGN, Added White Gaussian Noise, Additieve Witte Gaussische Ruis In veel gevallen is de sterkte en verdeling van ruis in een systeem onafhankelijk van het signaal (dat bijvoorbeeld versterkt wordt). In dat geval kan men de ruis zien als een ongewenst signaal dat schijnbaar opgeteld wordt bij het gewenste signaal. Axial Ratio, Tilt Angle Zie ook polarisatie. Een Balun is een component welke tot doel heeft om een niet gebalanceerde RF kabel (coaxiale kabel) aan een gebalanceerde kabel of belasting te koppelen. Het woord Balun is afkomtig van "BALanced to UNbalanced transformer" (of omgekeerd). Breking, Refractie, Refraction Breking is het veranderen van de uitbreidingsrichting van golven ten gevolge van een verandering van de karakteristieke impedantie van het medium waar de golf door heen gaat. Vergelijk dit met de richtingsverandering van een lichtstraal welke door water of glas gaat. Een straal welke loodrecht op een materiaal met andere eigenschappen invalt, passeert zonder richtingsverandering. Brekingsindex, Refractive Index De brekingsindex is de verhouding tussen de golfvoortplantingssnelheid in vacuüm en de golfvoortplantingssnelheid in het betreffende medium. Alle isolerende materialen met een relatieve diëlectrische constante groter dan 1, hebben een brekingsindex van groter dan 1 (dus de snelheid in die materialen ligt beneden die van de lichtsnelheid). Het symbool is n. n is dimensieloos. De uitbreidingsnelheid is zowel afhankelijk van de magnetische als diëlectrische eigenschappen, dus: n = sqrt(rel.dielectr.const*rel.permeabiliteit). In principe kan men voor geluid ook een brekingsindex definiëren. Brekingsindex gradient, Refractive Index Gradient Het meebuigen van radiogolven met het aardoppervlak, wordt in grote mate bepaald door de afname van de brekingsindex bij toenemende hoogte. Brewster Angle, Pseudo Brewster Angle, Polarizing Angle Verticaal gepolariseerde golven (parallel polarization), welke invallen op een horizontaal vlak, gedragen zich vreemd. Onder een specifieke hoek verdwijnt alle golfenergie via breking in het verliesvrij medium en vindt geen reflectie plaats). De hoek waaronder dit plaats vindt heet de "Brewster Angle". Voor horizontaal gepolariseerde golven (normal polarization) bestaat geen brewster angle. Buiging, Afbuiging, Deflection Buiging of afbuiging is de eigenschap waarbij golven geleidelijk van richting veranderen over een afstand veel groter dan de golflengte. De uitbreidingsrichting van de golven maakt als het ware een bocht in plaats van een scherpe knik zoals bij een overgang naar een ander medium (bijv van lucht naar glas). -3dB Bundelbreedte, openingshoek, -3dB Beam Width, -3dB BW, Half Power Beam Width, HPBW De bundelbreedte van een antenne is het aantal graden tussen de punten in het stralingsdiagram waarbij de gain tot 3 dB beneden het maximum gedaald is. Onder bundelbreedte wordt in de regel dus niet verstaan de breedte van de bundel in meters waarbij de veldsterkte met 3 dB gedaald is. Capacitieve Antenne, Capacitive Antenna De capacitieve antenne is de tegenhanger van de inductieve antenne. Het is een elektrisch gezien kleine antenne. Hij dient een overwegend elektrisch veld op te wekken (in het nabije veld gebied). In geval van een ontvangstantenne dient hij voornamelijk gevoelig te zijn voor het E-veld. Coherentielengte, Coherence length De coherentielengte is de maximale afstand tussen twee punten langs een stralenbundel waarbij er nog een goede relatie bestaat tussen de momentane fase van de bundel in beide punten. Anders gezegd, er is nog duidelijk herkenbaar dat de golven van dezelfde bron afkomstig zijn. Men komt het begrip overal tegen waar men met golven werkt. Over afstanden binnen de correlatielengte kan men de wetten van de interferentie toepassen (vectorische sommatie). Coherentiebandbreedte, Coherence bandwidth Ten gevolge van allerlei propagatieaspecten (vooral reflecties) is de overdracht tussen een RX en TX antenne verre van vlak in het frequentiedomein (zie ook fading). Ten gevolge van het bewegen van objecten, de zender en, of de ontvanger is de overdracht ook nog eens tijdafhankelijk (tijdvariant). Dampkring De dampkring is de luchtlaag welke zich om de aarde bevindt. De dampkring is van grote invloed op radiocommunicatie voorbij de radiohorizon (RH=4120*Sqrt(hoogte)). De dampkring zorgt er reeds voor dat de radiohorizon verder weg ligt dan de optische horizon (t.g.v. afbuigen van radiogolven richting de aarde). Met toenemende hoogte, neemt de luchtdruk en dichtheid af. Enkele getallen: 0km: 101.3 kPa, 12 km: 19kPa, 50km: 1kPa. Als u op 12 km hoogte in een vliegtuig zit, bevindt 80 procent van de aardatmosfeer zich reeds beneden u. De dampkring is slechts een dunne laag! Dellinger Fade Out Een "Dillenger Fade Out" (genoemd naar J.H. Dellinger) is het verschijnsel dat soms HF communicatie via de ionosfeer gedurende maximaal enkele uren onmogelijk is. Het effect wordt veroorzaakt door sterke zonnevlammen (Solar Flares). De hoeveelheid zonnestraling welke de aarde bereikt is dan dusdanig hoog dat zelfs de D laag (50-90km hoogte) bijzonder sterk geïoniseerd wordt, waardoor deze praktisch alle HF straling absorbeert welke via de D laag in de hogere lagen terecht moet komen. Er is dan sprake van een bijzonder hoger LUF (Lowest Usable Frequency). Rond de evenaar is het effect het sterkst (de zonnestraling valt dan meer loodrecht in). Delay spread, time delay spread Ten gevolge van multipad effecten bestaat het ontvangen signaal uit de sommatie van de diverse golffronten welke via reflectie, diffractie of rechtstreeks de RX antenne bereiken. Diëlectrica, isolerende materialen, Dielectrics Diëlectrica of Diëlectrische materialen zijn materialen waarvan de weerstand zeer hoog is. Denk aan vele kunststoffen en glas en keramische materialen. Diëlectrische Constante, Dielectric Constant De dielectrische constante is een materiaalconstante welke een maat is voor de polarisatie bij een zeker E-veld in het materiaal. Meestal wordt de "relatieve dielectrische constante" of "relative permittivity" gebruikt (epsr). Directe Golf, Direct Wave De directe golf is die golf welke vertrekt vanaf de zender en rechtstreeks, zonder reflectie of ander propagatiemechanisme de ontvanger bereikt (ook wel direct zicht golf genoemd). Enige kromming van het pad van de directe golf ten gevolge van de brekingsindex van lucht wordt hierbij niet als propagatiemechanisme gezien. In VHF communicatie wordt de directe golf sterk uitgedoofd door de op de aarde gereflecteerde golf (de aarde bevindt zich nagenoeg altijd binnen de eerste "Fresnel zone". Directive Gain Dat een bepaalde antenne meer signaal produceert dan een isotrope antenne onder gelijke omstandigheden, komt doordat de antenne richtwerking heeft. Indien de antenne al het elektrisch toegevoerde vermogen omzet in EM energie, zal stralingsvermindering in een bepaalde richting altijd tot vermeerdering in een ander richting leiden (energie gaat niet verloren). Divergentie, Diffractie, Diffraction Divergentie (Diffractie) bij golven is het verschijnsel dat golven de neiging hebben om van richting te veranderen indien de golven obstakels tegen komen. Een gedeelte van de golven buigt in de richting van de schaduw. Het wordt niet veroorzaakt door het medium of door reflectie (dus werkt ook in het vacuüm). Driestralen Model, 3-ray Model Het driestralen model is een model om de overdracht tussen twee antennes uit te rekenen waarbij de invloed van de direct zicht golf, de op de aarde gereflecteerde golf en de opppervlaktegolf meegenomen wordt. Het model vereist kennis van de grondgeleiding als functie van de diepte. Dual Polarized Antenna Een Dual Polarized Antenna is één antenne waarbij men uit twee polarisaties kan kiezen (bijvoorbeeld horizontaal en verticaal of link circulair, rechts circulair). Het omschakelen kan via een switch of de antenne heeft twee ingangen en vindt omschakeling in de zender plaats. Ducting, Super refraction, Sub refraction Ducting is het verschijnsel dat radiogolven in het VHF gebied en hoger soms veel verder komen dan de horizon. Indien dit optreedt t.g.v. een "sterke" afname van de brekingsindex als functie van de hoogte (dN/dh<-157/km), spreekt men van "super refraction". Dit kan zorgen voor een denkbeeldige gang of verbinding (Eng: "duct") waardoor radiogolven zich met geringe demping kunnen voortplanten. Een stralenbundel buigt dan terug naar de aarde en kan eventueel weer gereflecteerd worden en vervolgens weer terugbuigen naar de aarde ("ground based duct"). Effectief Oppervlak, Effectief Antenneoppervlak, Effective Aperture, Effective Area Het effectief oppervlak van een antenne is een maat voor de hoeveelheid golfenergie welke uit de lucht opgepakt wordt en omgezet wordt naar antennesignaal. Er geldt: Effectieve Antenne Hoogte (of Lengte), Effective Antenna Height, Effective Length Het begrip effectieve hoogte wordt op verschillende manieren gebruikt en kan zowel een zinvol als niet zinvol getal opleveren. Eindgevoede antenne, monopool, End-Fed antenne In diverse gevallen is een dipool lastig in gebruik. Het gaat dan meestal om verticaal gepolariseerde antennes (voertuigen, daken, etc). Elektrisch Kleine Antennes, Electrically Small Antennas Elektrisch kleine antennes zijn antennes waarvan de afmetingen kleiner zijn dan 0.5*lambda. Het zijn antennes welke zonder aanpassing meestal niet in resonantie zijn. Emittantie, Stralingsemittantie, Radiant Exitance, M De stralingsemittantie (symbool M) is het aantal W/m2 dat vertrekt vanaf de bron, gemeten op de bron. het begrip wordt voornamelijk gebruikt in de radiometrie. ERP, EIRP, Effective (isotropisch) uitgestraald vermogen Het Equivalent isotropisch uitgestraald vermogen (Eng: "Equivalent Isotropically Radiated Power") komt overeen met dat elektrisch vermogen dat men aan een isotrope straler toe dient te voeren om dezelfde veldsterkte/vermogensdichtheid op te wekken als met de betreffende zender/antenne combinatie verkregen wordt. Indien men een zender heeft met een vermogen van 5W, welke een antenne stuurt welke in een bepaalde richting een factor 10 aan gain (Gi) heeft, dan bedraagt het zendvermogen van de zender/antenne combinatie: EIRP=PTX*Gi = 5*10=50W. Extreme Richtwerking, Supergain, Superdirectivity Van extreme richtwerking (superdirectivity) is sprake indien een array (samenstel van antennes) meer richtwerking heeft dan eenzelfde array met uniforme stroomverdeling en lineair onderling faseverloop. Fading, Rayleigh fading, fast fading, Ricean Fading Het voortdurend (meestal hinderlijk) variëren van de sterkte en fase van het ontvangen signaal wordt aangeduid met het begrip: "Fading". Men onderscheidt "fast fading" (snelle signaalsterkte schommelingen ten gevolge van multipad-effecten, vooral te merken bij mobiele communicatie in het hoge VHF en UHF gebied) en "Slow Fading" (langzame signaalsterke schommelingen ten gevolge van schaduwwerking van gebouwen of langzaam variërende propagatie omstandigheden in vaste radioverbindingen). Faraday Rotatie, Faraday Rotation Faraday rotatie is het verschijnsel dat onder bepaalde omstandigheden de polarisatie van een radiogolf (of lichtgolf) tijdens zijn reis door een medium verandert. Voor RF propagatie zijn die omstandigheden: aanwezigheid van een magnetisch veld in de uitbreidingsrichting van het EM-veld en elektronen in het medium. Het is in 1845 ontdekt door Faraday (optische meetopstelling). Fasesnelheid, Phase Velocity De fasesnelheid (v.phase) is gelijk aan lambda*draaggolffreq (lambda is golflengte in m). De eenheid is m/s, symbool v.phase. Voor het vacuüm en vaste stoffen geldt: v.phase=c. De fasesnelheid geeft aan hoe snel de fase van een zuiver sinusvormig signaal zich uitbreidt. Anders gezegd, voor het faseverschil (delta.phi) tussen twee punten geldt: delta.phi = 2pi*f*delta.r/v.phase. Fotonruis, kwantum ruis, Photon or Quantum noise, Photon shot noise, quantum noise limit Hoewel fotonruis tot in het verre GHz bereik bij kamertemperatuur geen dominante rol speelt als het gaat om ruis in antennes, is het interessant om te bekijken wat de gevolgen zijn van het gekwantiseerd zijn van bijvoorbeeld EM straling indien de ontvangstfrequentie zeer hoog is (>50 GHz). Frequency Selective Fading Ten gevolge van multipadeffecten bestaat het ontvangen signaal uit de sommatie van de diverse golffronten welke via reflectie, diffractie of rechtstreeks de RX antenne bereiken. |
Fresnelzone, (First) Fresnel ZoneMeestal wordt de eerste Fresnelzone bedoeld. De eerste Fresnel zone is dat volume omgeven door een elipsoide (eivormig volume) waarbij de weg van de TX antenne naar de RX antenne, via een punt op de elipsoide een halve golflengte langer is dan de rechtstreekse route. De doorsnede van de elipsoide is op zijn breedst halverwege de twee antennes en heeft dan een doorsnede van sqrt(lambda*r) meter (r=afstand tussen antennes, lambda is golflengte van de straling). Theoretisch is aan te tonen dat het EM veld binnen dit gebied hoofdzakelijk verantwoordelijk is voor de overdracht tussen zender en ontvanger (vrije veld situatie). Friis transmission formula De Friis transmissie formule legt de relatie tussen het TX en RX vermogen in geval van antennes welke gespecificeerd zijn aan de hand van hun effectieve oppervlakken. Er geldt: Geïoniseerde Media, Ionised Media Geïoniseerde media zijn media waarin zich in ieder geval ongebonden lading bevindt welke zich tot op zekere hoogte vrij kan bewegen. Denk hierbij aan geïoniseerde gassen. Geleide Golven, Guided Waves Geleide golven zijn alle golven waarvan de uitbreiding beperkt wordt tot een voorbestemde richting. Anders gezegd er wordt de golven een verplicht pad geboden dat zij dienen te volgen. Om golven in een bepaalde richting te geleiden, zijn constructies anders dan lucht nodig. Hierbij valt te denken aan coaxiale kabels, twisted pairs, golfpijpen, diëlectrische geleiders. De golfenergie bevindt zich meestal tussen metalen geleiders of in diëlectrische geleiders. Golffront, Wave Front Een golffront is het denkbeeldig vlak waarin het E en H veld ligt. Men kan het ook definiëren als het vlak gevormd door de punten waarin het E of H veld overal dezelfde fase heeft (bijvoorbeeld allemaal maximaal, minimaal, of nul). Het is goed te vergelijken met een tweedimensionaal golfverschijnsel in water als men een voorwerp in het water gooit. Verbindt men alle gelijkfasige punten (bijvoorbeeld de toppen), dan krijgt men cirkels te zien waarvan de straal steeds een halve golflengte groter is. Het uitbreiden van een golffront is eveneens goed te zien bij een vanuit de lucht gefilmde zware bomexplosie Golfgetal, Wave Number Het golfgetal of "Wave Number", aangeduid met k, is gelijk aan 2*pi maal het aantal golven dat in één meter lengte passen, ofwel k = 2*pi/lambda. Het golfgetal wordt ook wel aangeduid met het begrip "Fase Constante" (Eng: Phase Constant). De eenheid bedraagt rad/m. Men komt k veel tegen in formules welke betrekking hebben op vrije golfuitbreiding en gebonden golfuitbreiding (kabels, golfpijpen oppervlaktegolven, etc). Golfweerstand, Golfimpedantie, Karakteristieke Impedantie, Wave Impedance, Characteristic Impedance Een golfverschijnsel is altijd opgebouwd uit twee componenten. Voor het Elektro-Magnetisch veld is dat het elektrisch en magnetisch veld. Voor geluid de gemiddelde deeltjessnelheid v en de druk P. Indien men te maken heeft met een golf afkomstig van één zich ver weg bevindende bron, dan is er een vaste verhouding tussen de twee componenten. Voor het EM-veld geldt: Z0 = E/H Grating Lobes "Grating lobes" zijn zijlobben welke ontstaan in periodieke structuren (arrays, tralies zoals gebruikt in de optica) door het periodieke karakter van golven. Zij zijn ongeveer even sterk en even breed als de hoofdbundel. Zij ontstaan bij samenstellen (arrays) van meerdere antennes Grazing Angle, Elevatie, Elevation Angle De "Grazing Angle" is de hoek tussen de straling en het vlak waar de straling op terecht komt (elevatie). Straling welke evenwijdig aan het vlak loopt (dus het eigenlijk niet raakt) heeft een Grazing angle van 0 graden (en dus een invalshoek van 90 graden, in het Engels: "90 degrees Angle of Incidence"). Er geldt: Grazing Angle = 90-invalshoek. Straling welke loodrecht op een vlak invalt, heeft een invalshoek van 0 graden en een Grazing angle of Elevatiehoek van 90 graden. Groepsnelheid, Group Velocity Indien men een sinusvormig signaal (draaggolf) met een zeer lage frequentie in amplitude moduleert, verschijnt het LF signaal als omhullende op de draaggolf. In het frequentiedomein ziet men 3 spectraalcomponenten. De groepsnelheid is nu de snelheid waarmee de omhullende (dus de modulatie) zich uitbreidt in de transmissielijn of medium. De groepsnelheid wordt uitgedrukt in m/s. Grondgeleiding, Ground Conductivity Grondgeleiding (ground conductivity) is een veel gebruikt begrip als het gaat om propagatie in het MF en HF gebied en ontwerp van antennes in het MF en HF gebied. Oppervlaktegolf propagatie (middengolf/langegolf zenders) is sterk afhankelijk van de grondgeleiding. Grondgolf(propagatie), Ground Wave (Propagation) Onder de grondgolf/grondgolfpropagatie wordt verstaan het gecombineerde effect (de superpositie) van de directe golf (Eng: "space wave"), de op de aarde gereflecteerde golf (Eng: "Earth Reflected Wave"), de oppervlakte golf (Eng: "surface wave") en de eventuele over de horizon gedivergeerde golf. Hertransmissie, Retransmission Alle gevallen waarbij een EM golf door een materiaal ingevangen wordt en direct weer uitgestraald wordt (eventueel in een andere richting) vallen onder de definitie "hertransmissie". Hierbij valt te denken aan breking, diffractie, reflectie en scattering. HILS Medium HILS Medium is een afkorting voor "Homogeneous Isotropic Linear Stationary Medium". Dit zijn media welke: Horizon Elevatie, Horizon Elevation Angle De horizon elevatie hoek is de elevatiehoek van de horizon ten opzichte van het stralingscentrum van de antenne, als functie van de azimuthoek. Hierbij dient men obstakels (bomen, bebouwing) en natuurlijke glooiingen mee te nemen. Indringdiepte, Penetration Depth, Skin depth In verliesgevende media (denk aan geleiders, kunststoffen), zal een EM verschijnsel ten gevolge van verliezen, wervelstroom en reflectie niet oneindig diep binnendringen. Inductieve Antenne, Inductive Antenna Inductieve antennes zijn elektrisch gezien kleine antennes. Het doel van de antenne is het opwekken van een magnetisch veld of het omzetten van een magnetisch veld naar een elektrisch signaal. Bij voorkeur dient een inductieve ontvangstantenne niet gevoelig te zijn voor het elektrisch veld. Inductieve antennes worden gebruikt voor communicatie of energieoverdracht over afstanden welke veel kleiner dan de golflengte zijn. Interferentie, Interference Met (hinderlijke) Interferentie wordt in de radiowereld meestal bedoeld de storende invloed van andere (radio)signalen welke op de een of andere manier een systeem binnen komen. Invalshoek, Angle of Incidence Dit is de hoek tussen de richting van de straling welke een vlak treft en de lijn loodrecht op dat vlak. straling welke loodrecht op een vlak invalt, heeft dus een invalshoek van 0 graden. De Grazing Angle of elevatiehoek bedraagt dan 90 graden. Ionosferische Propagatie, Ionosferic Propagation De aarde is omgeven door een aantal lagen waarvan de vrije elektronendichtheid veel hoger is dan van de rest van de gassen welke zich om de aarde bevinden. De vrije elektronen geven deze lagen speciale eigenschappen. Opgemerkt dient te worden dat hier geen sprake is van lagen met scherpe overgangen. De ionisatie van een bepaalde laag neemt met de hoogte geleidelijke toe en weer af. Ionosferic scattering De tegenhanger van troposferic scattering is ionosferic scattering. Hoewel de E laag frequenties in orde van 50 MHz niet meer voldoende afbuigt naar de aarde (uitgezonderd voor sporadische E laag reflectie), kan wel scattering optreden. Geioniseerde lagen zijn geen mooi vlakke lagen, doch lagen waarvan de dikte en hoogte varieert en ook de vrije elektronendichtheid. De brekingsindex voor radiogolven is dus plaatsafhankelijk. Verschillen in brekingsindex veroorzaken (in dit geval) geringe scattering waardoor een klein gedeelde van het uitgezonden vermogen weer op aarde terecht komt. Isotrope Straler, Isotropic Radiator Dit is een in werkelijkheid niet bestaande antenne, welke in alle richtingen evenveel energie uitstraalt. In alle richtingen produceert deze antenne op gelijke afstand een gelijke vermogensdichtheid. Deze antenne wordt vaak als referentieantenne gebruikt in rekenmodellen (te herkennen aan de index "i"). Kanaalcodering, Channel Coding In praktisch alle gevallen van mobiele radiocommunicatie is de overdracht van het denkbeeldig radiokanaal bijzonder slecht (storing, ruis, fading). Dit leidt tot bitfouten in de overdracht (bijvoorbeeld 30 foute bits nagenoeg achter elkaar). Berucht zijn groepsgewijze bitfouten (burst errors). Deze worden veroorzaakt door dips in de overdracht (fading) of burst vormige storing. Hierdoor laat de demodulator het tijdelijk afweten. De meeste coderingsalgoritmen voor digitale data (zelfs foutherstellende) kunnen slecht tegen burst errors. Knife Edge Diffraction, Buiging rond een Scherpe Rand Knife Edge Diffraction is het buigen van golven over een oneindig dun verticaal vlak dat loodrecht op de stralingsrichting staat (een vorm van divergentie). Met behulp van een simpele formule is uit te rekenen hoe groot de "demping" van zo een opstakel is (bijvoorbeeld het dak van een gebouw). Het opstakel mag boven de direct zichtlijn uit steken. De uitgerekende demping komt boven op de vrije veld demping. Lengtegraden, Breedtegraden, Longitude, Latitude Lengte- en breedtegraden worden gebruikt bij het aanduiden van plaatsen op aarde en het berekenen van onderlinge afstanden en hoeken. Lopende Golf Antennes, Travelling Wave Antennas Lopende golf antennes zijn antennes waarbij geen gebruik gemaakt wordt van resonante elementen. De antennes zijn vele golflengtes lang. De golf welke zich in en langs de draad verplaatst, wordt gedurende het reizen naar het eind van de draad, omgezet in EM straling. Dat gedeelte van de energie dat zich nog in de draad bevindt (in de vorm van spanning en stroom), wordt gedissipeerd in en afsluitweerstand (en reflecteert dus niet terug de bron in). Magnetica, magnetische materialen, Magnetics (zacht) Magnetische materialen zijn materialen waarvan de relatieve permeabiliteit veel groter is dan 1. Veelal worden deze materialen ook als ferromagnetische materialen aangeduid. Denk hierbij aan ferrietmaterialen en ijzer. Maximum Usable Frequency MUF, MUF(3000) De "Maximaal Bruikbare Frequentie" (MUF, maximum usable frequency) is die hoogste frequentie welke onder een zekere elevatie (opstralingshoek, Take Off Angle, meestal 900) nog door één van de geïoniseerde lagen naar de aarde gereflecteerd wordt, gedurende 50% van het aantal geobserveerde dagen. Er bestaan meerdere definities van het begrip MUF. Medium, Propagation Medium Onder het begrip "medium" of "propagatiemedium" wordt verstaan het materiaal (eventueel het vacuüm of lucht) waarin de (radio)golven zich uitbreiden. |
Multipad Effecten, Multipath Effects, Multipath TransmissionOnder multipad effecten worden alle propagatieeffecten verstaan welke veroorzaakt worden doordat golven op meerdere manieren tegelijkertijd een ontvanger kunnen bereiken. Golven kunnen de ontvanger bereiken door reflectie op diverse gebouwen, rechtstreeks, via reflectie op het water, buiging langs gebouwen, reflectie op bewegende objecten (auto's, voetgangers), etc. Het door de antenne afgegeven signaal, bestaat uit de vectorsommatie van alle afzonderlijke bijdragen. Nabije, Overgangs- en Verre veld zone, Near, Transition and Far field zone De nabije veld zone(Eng: "Near Field Zone") Is die afstand, gerekend vanaf de antenne, waarbij de verhouding tussen het E en H veld niet gelijk is aan de vrije veld impedantie (voor lucht ongeveer 377 Ohm). Deze zone strekt zich uit tot ongeveer 0.5..1 lambda van de antenneconstructie. Het E en H veld is in de tijd gezien, niet in fase. Daarom wordt deze zone ook wel "reactieve veld zone" genoemd (Eng: "Reactive Field Zone"). Near Vertical Incidence Skywave (NVIS) NVIS is de benaming van een principe om over, voor HF begrippen, korte afstand (<300 km) te communiceren. De truc is om op een zendfrequentie iets beneden de MUF (Maximum Usable Frequency), het zendvermogen zoveel mogelijk omhoog te stralen (near vertical incidence). Het gereflecteerde signaal komt dan ook nagenoeg recht naar beneden. Diverse bronnen rapporteren een paddemping in orde van 110 dB (dit is best laag). Numerical Electromagnetic Code, NEC2D, NEC-2D NEC2D is een simulatieprogramma om de stroomverdeling in willekeurige geleidende structuren uit te kunnen rekenen (door middel van Methods of Momentum "MoM"). Aan de hand daarvan berekent het programma het stralingsdiagram, gain, directivity, ingangsimpedantie, etc. NEC2D werd ontwikkeld door het Lawrence Livermore National Laboratory (USA). Er is ook een NEC4, maar hierop zijn exportbeperkingen van toepassing. NEC2D is redelijk populair onder zendamateurs. Off-Center-Fed dipole, OCF dipole De Off-Center-Fed dipole is een dipool welke bewust niet in het midden gevoed wordt om multiband gedrag op harmonischen van de halve golflengte te verkrijgen. Commerciele varianten: FD3, FD4, etc. Oppervlakte golf, Surface Wave Meestal breiden golven zich uit via de lucht. Echter een golf kan zich ook via een coaxkabel of golfpijp van punt A naar B begeven. Er is nog een tussenvorm, de zogenaamde oppervlakte golf. Hierbij begeeft de golf zich van punt A naar punt B, gedeeltelijk via de lucht en gedeeltelijk via een materiaal dat als "hulpgeleider" optreedt (er loopt dan stroom in de hulpgeleider welke een positieve bijdrage aan de stralingscomponent oplevert). Doordat op hoge frequenties de stroom slechts beperkt in die hulpgeleider doordringt, spreekt men van oppervlaktegolven. Oppervlaktegolven zijn, afhankelijk van de frequentie en de eigenschappen van het oppervlak, in staat om het oppervlak te volgen (ook als dat krom is). Oppervlaktegolf transmissielijn, Surface wave transmission line, Goubau line, G-line In de meeste gevallen van RF energietransport is sprake van: geen geleiders (straling), twee geleiders (geleide golven) of een dielectrisch materiaal (geleide golven, bijvoorbeeld glasvezel). Er is nog een tussenvorm waarbij energietransport plaats vindt op het interfacevlak van twee verschillende materialen (via oppervlaktegolven). Een bijzonder geval is de ééndraads transmissielijn. Oppervlakteweerstand, Surface Resistance Bij DC en zeer lage frequenties loopt een stroom nagenoeg door het gehele volume van een geleider (magnetostatische krachtwerking is verwaarloosbaar in de meeste gevallen). Bij hoge frequenties heeft men te maken met de Skindiepte (1/sqrt(pi*f*mu*spec.geleid)). De weerstand van de geleider wordt dan voornamelijk bepaald door de breedte van de schil waar de stroom doorheen gaat (en natuurlijk de lengte van de geleider). Men kan nu een oppervlakteweerstand definieren: Optimum Working Frequency, OWF, OFT, FOT Zie ook MUF. De maximaal bruikbare frequentie MUF geeft die frequentie aan waarbij onder bepaalde omstandigheden nog reflectie naar de aarde optreedt (via de ionosfeer in het HF gebied). Echter de frequentie waarbij optimale reflectie optreedt, ligt meestal lager (in orde van 85% van de MUF). Deze optimale frequentie wordt met FOT, OFT of OWF aangeduid. Parallel Polarization, Normal Polarization In de antenne en radiowereld heeft men meestal te maken met golven welke zich in nagenoeg horizontale richting uitbreiden. Dit heeft er toe geleid dat men van verticale polarisatie spreekt indien de antenne een verticaal E- veld opwekt. Als het E veld in het horizontale vlak ligt, spreekt men van horizontale polarisatie. Polarisatie, Polarisation De polarisatie geeft aan in welke vlak de elektrische component van het EM veld zich bevindt. Indien de E veld component verticaal staat (dus een elektron zou verticaal gaan trillen), spreekt men van verticale polarisatie (uitgaande van een zich in het horizontaal vlak uitbreidende golf). Een halve golf dipool welke verticaal opgesteld is, produceert een verticaal gepolariseerd veld. Polarisatieverlies, Polarisation Loss Beste overdracht heeft men als de polarisatie van de TX Antenne overeenkomt met die van de RX Aantenne. Poynting Vector De Poynting vector geeft in de driedimensionale ruimte de richting en de sterkte van de vermogensdichtheid aan. Meestal wordt het symbool S of P gebruikt. De eenheid bedraagt W/m2. De Poynting vector is het uitwendig product van de E- en H-veld vector. Indien E en H dezelfde kant opwijzen, is het resultaat nul. Staan zij haaks op elkaar en zijn zij in de tijd gezien in fase, dan is de vermogensdichtheid maximaal. Poynting's Theorem, Theorema van Poynting De Poynting Vector geeft in geval van E- en H-velden de vermogensdichtheidheid aan (W/m2). Men kan deze vector zien als een soort van vermogensstroom. Indien u de Poynting Vector integreert over een gesloten oppervlak (bijvoorbeeld een bol), dan is het resultaat gelijk aan het netto elektrisch vermogen dat uit het gesloten oppervlak treedt (bijv een bol). Dit is het principe van het Theorema van Poynting. Propagatie, Propagation. Propagatie betekent uitbreiding of verspreiding van iets. In de techniek wordt met propagatie het uitbreiden van golven bedoeld. Het vakgebied propagatie houdt zich bezig met de manieren waarop golven zich uit kunnen breiden en het vatten ervan in formules welke door Engineers gebruikt kunnen worden. Propagatieconstante, Propagation Constant De Propagatieconstante (eng: Propagation Constant) is een complex getal dat aangeeft hoe de fase en amplitude van een EM verschijnsel verloopt als functie van de afstand tot een referentiepunt of de bron. Propagatiemodellen, Propagation Models "Progatatiemodellen" is de verzamelnaam voor alle methoden, formules, grafieken en andere middelen waarmee men de overdracht tussen twee of meer antenne kan voorspellen. Men gebruikt de modellen voor globaal gezien twee doelen: het berekenen van de gewenste overdracht (link budget berekeningen) en het berekenen van de ongewenste overdracht tussen twee antennes (interferentieberekeningen). Propagatievertraging, propagation delay Dit is de tijdsvertraging die de golfenergie of informatie ondervindt bij het zich verplaatsen (propageren) over een afstand r. De Propagatievertraging is gelijk aan het product van de groepsnelheid en de afstand. Radar Cross Section, RCS De radar cross section is een maat voor de mate waarin een obstakel, object of constructie de radiogolven reflecteert in dezelfde richting als waar zij vandaan komen. Dit is vooral van belang bij RADAR. Radiantie, Radiance, L De radiantie (eng: "Radiance") is de stralingsintensiteit (Watts per Steradiaal) dat per m2 van een bron vertrekt. Het is een maat voor de felheid van een oppervlak. Het symbool is L [W/(sr*m2)]. De bronnen zijn in dit geval dus niet meer op te vatten als puntbronnen zoals gebruikelijk is in de radicommunicatie. Radiohorizon De horizonafstand is de afstand gerekend vanaf het elektrisch midden van de antenne tot aan de horizon. Radiometrie, Radiometry Radiometrie is het vakgebied dat zich bezighoud met het meten van stralingsgrootheden en de toepassing ervan. Men komt het begrip tegen in de radio-astronomie en meting van bijv infrarood en ultraviolet. Aangezien steeds meer elektronicatoepassingen gebruik maken van kortgolvige straling (mm gebied en korter), kan men het begrip tegenkomen. Realized Gain Door een antenne richtwerking te geven, kan bij gelijk beschikbaar vermogen een hogere veldsterkte geproduceerd worden. De winst (gain) die door de richtwerking ontstaat is de "directive gain" (D, Gd), meestal uitgedrukt in dBi. Door warmteverlies en misaanpassing, kan de daadwerkelijke winst in veldsterkte afnemen. Reflectie, Reflection Reflectie is het verschijnsel dat een golf van richting wordt veranderd ten gevolge van een verandering van golfimpedantie van het medium. Hierbij doordringt de reflecterende golf het tweede medium nagenoeg niet (de eventueel gebroken golf doordringt het tweede medium natuurlijk wel). De afstand waarover de verandering van mediumeigenschappen plaats vindt, dient veel kleiner dan de golflengte te zijn. Reflectie op water, glas of een spiegel zijn sprekende voorbeelden. Een echo vanaf een wand of berg is eveneens een voorbeeld van reflectie. Hoe sterker de verandering van golfimpedantie, hoe meer energie gereflecteerd wordt (en hoe minder door middel van breking door het medium gaat) Er geldt hoek van inval is hoek van reflectie. In het Engels "Angle of incidence is angle of reflection". Zie ook "brewster angle" Reflectiecoëfficiënt De reflectiecoëfficiënt van een materiaal is de verhouding tussen de sterkte van de E-veld component van het invallende veld en de E veld component van het gereflecteerde veld. Er worden verschillende symbolen gebruik, onder andere rho en gamma. De reflectiecoëfficiënt is dimensieloos. Reflectie en Oppervlaktegolf Propagatie, Reflection and Surface Wave Propagation Stelt u zich voor dat een TX antenne onder een zeer kleine hoek het aardoppervlak aanstraalt. Bijvoorbeeld een antenne op een hoogte van 10 m, terwijl het reflectiepunt 100m ver weg ligt. De elevatiehoek bedraagt dan 5.7 graden. Stel dat de RX antenne zich op 200m afstand bevindt, eveneens op 10 m hoogte. Het weglengteverschil tussen de directe en gereflecteerde straal bedraagt dan 1m. Indien men de hoogte van de ontvangstantenne laat afnemen, neemt ook het weglengte verschil af (dit wordt 0 als de RX antenne op de grond staat, de elevatie =2.8 graden). Resonante Antennes, Resonant Antennas Dit zijn antennes waarbij de antenne-elementen in resonantie zijn. Het beste voorbeeld is de halve golf resonerende dipool. De Yagi is ook een resonante antenne. Resonerende antennes zijn het beste alternatief om met zo min mogelijk verliezen en beperkte afmetingen elektrisch energie om te zetten in EM energie. Resonantie, Opslingering, Resonance Resonantie is de eigenschap dat bij bepaalde frequenties de afhankelijke grootheid sterk toeneemt (opslingert) bij gelijkblijvende sturende grootheid. Een ander kenmerk is dat een constructie nog even naklinkt terwijl de bron als verwijderd is. Dit naklinken kan zowel akoestisch als elektrisch. Resonantie komt men overal tegen waar processen beschreven kunnen worden met een tweede graads Differentiaal Vergelijking (of van hogere graad). Return Loss, Double Return Loss Het Return Loss is het relatieve verlies van het gereflecteerde vermogen ten opzichte van het ingaande vermogen. Het begrip komt men tegen in geval van kabels (zowel LF als HF). Ruimtegolf, Sky Wave, Sky Wave Propagation De ruimtegolf is die golf welke via een van de diverse geïoniseerde lagen de aarde weer bereikt (en dus vanuit de ruimte lijkt te komen). Een golf welke vanaf een satelliet de aarde bereikt, is ook een ruimtegolf. Ruis, algemeen deel, Noise, general section Valt dit ontwerp wel of niet onder antennes en propagatie? Toch maar wel. Ruisaanpassing, Noise match Tussen systeemdelen (bijv mixer, filter, antenne, versterker, etc) wordt veelal gestreefd naar maximale vermogensoverdracht. Indien dit bereikt is, spreekt men van vermogensaanpassing, of kortweg: aanpassing Ruisgetal, Noise Figure Het ruisgetal is 10*log van de verhouding tussen de totale ruisbijdrage van een systeem en de ruisproductie van een weerstand met temperatuur van 293K. De Bron is hierbij geacht te ruisen als een weerstand met een temperatuur van 293K. Ruistemperatuur, Noise temperatuur Er zijn veel varianten op dit begrip, doch de ruistemperatuur van een systeem of component dat ruis opwerkt, is gelijk aan de temperatuur die een weerstand moet hebben om net zo veel ruis te produceren (W/Hz) als het systeem daadwerkelijk produceert. Hierbij dient de waarde van de weerstand gelijk te zijn aan de bronweerstand van waaruit het systeem daadwerkelijk aangestuurd wordt. Schemerzone Propagatie (Grey Line Propagation) Schemerzone propagatie ("Grey Line Propagation") is een kortdurende toename van HF propagatie langs de schemerzonelijn (scheidingslijn tussen dag en nacht). Zo rond september en maart loopt de schemerzone van noord naar zuid. In de schemerzone is de ionisatie van E en F laag vaak nog voldoende, maar van de D laag relatief laag (of voldoende afgenomen). Specific Apsorbtion Rate (SAR) De "Specific Absorption Rate" (SAR) is de hoeveelheid warmte welke een EM veld opwekt in (menselijk) weefstel. De eenheid is W/kg. Het begrip komt men tegen in documenten over stralingsveiligheid met betrekking tot Elektrische of Magnetische velden en EM straling. Skip Distance De Skip Distance is dat afstandgebied waarbij de grondgolf (ground wave) niet meer ontvangen wordt en de ruimtegolf (skywave) nog niet ontvangen kan worden omdat deze door de ionosfeer heen gaat in plaats van reflecteert. Zie ook "Ionosferische Propagatie". Spectrale Vermogensdichheid, Power Spectral Density (PSD) De spectrale vermogensdichtheid is de hoeveelheid vermogen per eenheid van bandbreedte van een signaal. De eenheid is W/Hz. Sporadische E laag reflectie (afbuiging, deflectie) Zie ook ionosferische communicatie. In sommige gevallen bevinden zich in de E laag "wolken" met afmetingen tot honderden km waarbij de vrije elektronendichtheid veel groter is. Dit wordt onder andere veroorzaakt door grotere activiteit van de zon. Doordat dit niet regelmatig optreedt, spreekt men van een Sporadische E laag (Es). Door de hogere vrije elektronendichtheid, worden veel hogere frequenties dan normaal nog naar de aarde teruggebogen (tot boven 50 MHz). Op deze manier kan men op VHF gebruik maken van propagatieprincipes welke normaliter alleen op HF mogelijk zijn. Doordat het effect sporadisch aanwezig is, is het tot nu toe niet commercieel aantrekkelijk gebleken om dit uit te buiten. Zendamateurs maken er echter veelvuldig gebruik van. Staande golf verhouding, (Voltage) Standing Wave Ratio Indien in een medium (kabel, golfpijp, lucht) uitsluitend golven een kant opgaan, is de amplitude van het golfverschijnsel plaatsonafhankelijk. Hooguit neemt de amplitude af ten gevolge van demping of divergentie. In geval van gebonden transmissie (kabel, golfpijp) en verwaarlozing van de demping, is de amplitude van stroom en spanning langs de kabel of golfpijp overal gelijk. Steradialen, Steradians, Square Radians, Square Degrees Stel een cirkel heeft een straal van 1 m (de zogenaamde eenheidscirkel). Dat een hoek van 900 overeenkomt met 0.5·pi radialen, komt omdat het stuk cirkelboog een lengte geeft van 0.5*pi meter. Om deze reden komt 3600 overeen met 2*pi radialen. Straal, Stralen, Ray, Bundel, Beam In de volksmond spreekt men vaak van stralen en bundels. Een straal, zoals men meestal weergeeft met een lijn voorzien van een pijl, wekt de indruk dat stalen dun zijn. Het begrip straal geeft echter niets meer aan dan de richting waarin een golfverschijnsel zich uitbreidt. Het begrip straal zegt dan ook niets over dikte van golfenergie. De stralingsrichting staat altijd loodrecht op het golffront. Meestal gaan stralen rechtuit, doch indien golven obstakels treffen, kunnen de stralen van richting veranderen (reflectie) of krom lopen (breking, diffractie). Stralingscentrum, Radiation Centre Het stralingcentrum van een antenne is dat punt van waaruit de straling lijkt te komen. Van antennes met een exact symmetrische stroomverdeling (elektrische of magnetische dipolen) bevindt het stralingscentrum zich in het midden van de antenne. Stralingsdruk, Radiation Pressure Hoewel voor antennes niet van belang, is het wel opmerkelijk. Indien EM straling (dus ook licht) van richting verandert of (gedeeltelijk) geabsorbeerd wordt, dan oefent de straling een druk op het oppervlak uit. De druk is maximaal indien de straling loodrecht invalt en volledig gereflecteerd wordt. Stralingsintensiteit, Radiation Intensity, I De Stralingsintensiteit (eng: "Radiation Intensity", ook wel "Radiant Intensity") is de hoeveelheid vermogen dat per ruimtehoek (Solid Angle) uitgestraald wordt. De eenheid is W/sr (sr = steradiaal), symbool meestal U (Krauss) en in de radiometrie I. Het begrip komt men veelvuldig tegen in de fotometrie ("luminous Intensity", lichtsterkte, Iv [in Candela, lm/sr]), radiometrie en, in mindere mate, bij de behandeling van antennes. Zie ook "steradiaal, steradialen". Stralingsrendement, Radiation Efficiency, Het Stralingsrendement (eng: "Radiation Efficiency") is de verhouding tussen het uitgestraald vermogen en het toegevoerd vermogen (eventueel uitgedrukt in procenten). Een antenne met een Stralingsrendement van 50% die 1W elektrisch vermogen toegevoerd krijgt, straalt met een vermogen van 0.5W. De overige 0.5W wordt in warmte omgezet. Take Off Angle, TOA De hoek ten opzichte van het aardoppervlak waaronder de meeste energie uitgestraald wordt. Het begrip komt overeen met de elevatie waaronder de meeste energie uitgestraald wordt. Begrip wordt vooral gebruikt in geval van HF communicatie. Om via Ionosferische reflectie een bepaald gebied te bereiken is naast de frequentiekeuze ook de hoek waaronder de antenne uitstraalt van belang. Troposcatter Zie ook ionosferic scattering. Troposferic Propagation Troposferic Propagation is de verzamelnaam voor alle propagatieverschijnselen welke zich voor kunnen doen tussen de aarde en de top van de troposfeer. In de troposfeer speelt zich ons weer af en deze heeft een top van ong 15 km. Tweestralen propagatiemodel, 2-Ray propagation model Het twee stralenmodel is een model om de overdracht tussen twee antennes uit te rekenen waarbij in de overdracht alleen de via de op aarde gereflecteerde golf (reflectiecoëfficient = -1) en de direct zicht golf betrokken wordt. Vandaar de naam tweestralenmodel. Uniform Time Coordinate, UTC, Greenwich Mean Time GMT Dit is de tijd op de nulmeridiaan (welke door het Engelse Greenwich loopt). De aanduiding is UTC (Uniform Time Coordinate, TUC in landen met romaanse taal [spaans, frans, italiaans, etc]). De oude benaming is GMT (Greenwich Mean Time). Deze tijd is vast en kent dus geen zomer of wintertijd. vergelijkingen van Maxwell, Maxwell's equations De vergelijkingen van Maxwell zijn 4 wiskundige vergelijkingen welke het gedrag van het E- en H-veld beschrijven zoals dat optreedt in het vacuüm, isolatoren en (half)geleiders. Zij beschrijven ook de wederzijdse wisselwerking tussen het E- en H-veld. Zij zijn officieel gepubliceerd in 1873. Vermogensdichtheid, Power Flux Density (PFD) De vermogensdichtheid is de hoeveelheid golf- of stralingsenergie welke per seconde per m2 passeert door een vlak loodrecht op de golfuitbreidingsrichting (de voortplantingsrichting). De eenheid is W/m2. Dit begrip wordt gebruikt overal waar stralings/golfverschijnselen optreden (akoestiek, optica, elektromagnetische velden). Verwar het begrip vermogensdichtheid van een stralingsveld niet met het begrip stralingsintensiteit. Verstrooiing, Scattering Indien een stralenbundel een medium of object passeert en een gedeelte van de straling wordt in diverse andere richtingen heruitgezonden, dan spreekt men van scattering of verstrooiing. In het geval van scattering is meestal sprake van een combinatie van refractie, diffractie, reflectie en absorptie. Ook reflectie of diffractie welke om wat voor reden dan ook sterk tijdafhankelijk is, wordt aangeduid met het begrip scattering. Vlakke Golven, Plane Waves Een vlakke EM golf is een EM golfverschijnsel waarbij de E en H component haaks op elkaar staan en in de tijd gezien in fase zijn. E en H staan loodrecht op de golfuitbreidingsrichting. Overal in het gebied van de vlakke golf is de sterkte van de golf gelijk. Voortplantingssnelheid, Phase Velocity, Wave Propagation Speed Dit is de snelheid waarmee een golfverschijnsel zich uitbreidt. De eenheid is m/s, als symbool wordt meestal c gebruikt (c0 voor de lichtsnelheid in vacuüm). De snelheid wordt bepaald door de eigenschappen van het medium. In geval van geluid geldt hoe lager de soortelijke massa, en hoe hoger de elesticiteitsmodulus of lineaire samendrukbaarheid, hoe hoger de voortplantingssnelheid (c = sqrt{E.modulus/soort.massa}) in geval van longitudinale golven (dus geen golven op het wateroppervlak). In lucht is c in orde van 330m/s, in water in orde van 1500 m/s in staal of aluminium 5100m/s (afhankelijk van de vorm). De golflengte wordt gevonden door middel van lambda = c/f Vrije veld, Free Space Men spreekt ingeval van golven van een vrije veld situatie als uitsluitend de direct zicht straal ongehinderd de RX antenne kan bereiken. In dat geval neemt het door de RX antenne afgegeven vermogen af met r2 (indien men zich in het verre veld bevindt). Er geldt dan: Zonnevlekken, Sun Spots Zonnevlekken zijn daadwerkelijk vlekken op de zon welke door middel van speciale opnameapparatuur gefotografeerd kunnen worden. Deze zonnevlekken stralen echter sterker dan het normale zonoppervlak. De zon is de energiebron voor de ionisatiegraad van de ionosfeer. Veel zonnevlekken zorgen voor sterke ionisatie in de ionosfeer waardoor HF communicatie op relatief hoge frequenties mogelijk is. In tijden van weinig zonnevlekken is op het hoge deel van het HF spectrum (20-30 MHz), minder goede tot geen communicatie mogelijk via de ionosfeer. |
Note to web designers: Do you like the information in this page? Would you have this information on your own web site? This page is updated on a regular basis, information is added, refined and errors are taken out. Therefore it is recommended to link to it instead of copying it to your own pages. The address of this page is: https://www.tetech.nl/begripAP.htm. Copyright © 2001-2022, TeTech. |